GS Fartlek / Driven by Volga, is a group of people who cycle, but not only for fun. And it's not just a team either. Want to join us? Please be welcome. We meet every Sunday at 08:30 in Barbeton near the end of rue A. Dansaertstraat (Brussels). Contact us via gs.fartlek@gmail.com

When you see a flash of white and gold passing… that’s us in our team colours, courtesy of Volga.

Friday 30 August 2013

Haute Route, dag 7: Auron - Nice



Na de aankomst in Auron (dag 6) liet ik mijn fiets onder handen nemen door de mensen van de Service Course van Mavic. Her en daar wat vreemd geluid dat uiteindelijk te wijten was aan te weinig spanning op de spaken van mijn achterwiel.

De organisatie wist ons tijdens de dagelijkse briefing te zeggen dat de laatste rit gevoelig moest gewijzigd worden. Door de grote kans op zware onweders mocht de Col Saint-Martin niet in wedstrijd afgedaald worden en moest het peleton voor 13h Nice binnenrijden. De laatste 30km van de Col de Vence naar Nice gingen overigens sowieso in konvooi afgelegd worden. Het einde van de tijdsopname was gepland op de top van de Col de Vence. Vandaar de beslissing om niet langs de Col Saint-Martin te rijden maar gewoon de vallei van de Var te volgen en niet door te steken naar de vallei van de Vésubie.

De wekker liep een laatste keer om 4u45 af. Andermaal zo vroeg omdat we eerder dan gepland moesten arriveren in Nice. Aan een soort slakkengangetje reden we de hele vallei van de Tinée af tot aan de Var (ongeveer 70km om ruim 1000m te zakken) in een half dozijn konvooien geëscorteerd door telkens 3 motards. Mijn streven was om in deze laatste korte etappe mijn plaats in de top 200 veilig te stellen (ik vertrok als 188ste man op een kleine 500. Misschien waren het er al maar 450 meer).

Vlak voor de start van de tijdsopname was het een nerveuze bedoening van overkledij uitspelen, banaan eten, plaspauze, enz.

Wat volgde was best wel spannend. Peletonnetjes werden gevormd en raasden aan een sneltreinvaart voorbij. Komt ervan als er geen selectie gebeurt voor de laatste helling. Het lukte me om aan te pikken bij een treintje en zo de eerste kilometers van de lange klim naar de Col de Vence (via Courseguoules) aan te vatten. Niet echt een steile klim maar toch 40km om 1000 hoogtemeters te overwinnen terwijl her en der een klein stuk afdaling voor wat recuperatie zou moeten kunnen zorgen. Na een paar kilometer werd ik gewaar dat mijn achterwiel sleepte en kon ik niet anders dan halt houden om mijn wiel te rechten. Bij de revisie daags voordien hadden de Mavic-mannen mijn wiel uit zijn center getrokken door de spaken langs één kant allemaal harder aan te spannen. Daardoor werd de velg naast het denkbeeldige vlak getrokken dat je fiets van voor naar achter in twee symmetrische delen snijdt. Gevloek alom natuurlijk. Het lukte om het wiel wat te corrigeren en opnieuw te vertrekken, maar van zodra je harder trapte, sleepte het wiel weer. Na een paar keer stoppen, een paar honderd keer vloeken en honderden renners te hebben zien passeren gaf ik er de brui aan. Die top-200 stand kon ik op mijn buik schrijven. Ruim 10' verloren door te moeten stoppen en nog een hoop tijd en posities verloren doordat ik niet kon doorrijden. En dus ging ik aan een slakkengangetje verder in het gezelschap van de staart van het peleton. Mannen die duidelijk meer afzagen dan ik. Niet het gezelschap waar ik hoorde te rijden.

Van de Col de Vence moest nog een 30 of 40 km in escorte afgelegd worden naar de Promenade des Anglais in Nice. Verzamelen gebeurde in Vence. De weg van de Col de Vence naar Vence is een mooie afdaling op perfecte macadam. Toch behoorlijk steil (8%) en dit is eigenlijk het stuk waarover men het doorgaans heeft als het over de Col de Vence gaat. Het hoogteverschil is hier overigens geen 1000m, maar eerder 500 of 600m. De laatste paar kilometer over de Promenade des Anglais waren wel genietbaar, met de zonnekloppers en de Middellandse Zee rechts van ons.

Euforie alom bij de finishers. Het was dan ook wel een beetje een opgepepte bedoening waar je met superlatieven, emo-show en macho-gedrag om de oren geslingerd werd. Epic, heroic, highest, toughest,...

Get real, als je 't mij vraagt. Het was mooi, het was niet van de poes, maar zo erg was het nu ook weer allemaal niet hé. Onmenselijk kun je deze Haute Route niet noemen. Goed trainen. Gewicht verliezen, doseren en het moet lukken. De tijdslimieten waren - achteraf gezien - heel menselijk. De Arc-en-Ciel is een vergelijkbare prestatie. Bij de Haute Route ligt de nadruk evenwel op lange cols: elke dag zat er wel minstens één col tussen van 20km. Voor gewone sportieve stervelingen is dat een ononderbroken inspanning van anderhalf uur. Soms tweemaal per dag. Als je deftig kunt dalen, kun je wat recuperen. Voorts moet je lichaam ertegen kunnen om dagen aan een stuk vettigheid te eten (figuurlijke vettigheid, want eigenlijk gaat het om zoetigheid). Veronderstel dat je geen problemen hebt met het afleggen van een L-B-L of een Tilff-Bastogne-Tilff van 160km aan een gemiddelde van 24km/u. Wel, doe dat 6 of 7 dagen na elkaar, en dan heb je ongeveer een Haute Route of een Arc-en-Ciel gedaan. Moet kunnen...

Thursday 29 August 2013

Haute Route, dag 6: Barcelonnette - Auron



Na de tijdrit en de massage voelden de benen vederlicht aan. Een vreemde gewaarwording. Bovendien was mijn rangschikking beter dan ik gehoopt had. De ambitie was aanvankelijk om de zeven dagen te kunnen uit rijden, maar nu vertoefde ik in de eerste helft van het klassement. 189ste bij de mannen na de tijdrit (op een beetje minder dan 500 mannelijke deelnemers). Dan begin je te dromen van een plaats in het eindklassement.

Het traject van dag 6 had ik altijd een beetje argwanend bekeken. Op papier zou het ongeveer 150km zijn met 3800 hoogtemeters. Direct beginnen met de Col de Cayolle, gevolgd door de beklimming naar Valberg, een klein stukje klimmen naar de Col de Couillole en vervolgens bijna 40km klimmen. 30km over een vals plat aan bijna 3% en tot slot ongeveer 6km naar het skistation Auron. Eigenlijk lag de eindhalte aan de voet van de andere kant van de Cîme de Bonnette van daags voordien.

Andermaal voor dag en dauw opgestaan om uitgebreid te ontbijten, valiezen te pakken en rond 7u te vertrekken naar de voet van de Cayolle. Terug veel kouder dan goed is voor een fietser die een groot deel overdag in de warmte moet klimmen. De politionele overheid had overigens een verbod uitgevaardigd om een wedstrijd te houden over de afdaling van de Cayolle en de Couillole. Dat maakte het nogal ingewikkeld voor de tijdopnames, maar de organisatie was er mooi in geslaagd om de wedstrijd over die segmenten op een correcte manier te neutraliseren. Samen met de klimtijdrit kwam dit de zuivere klimmers goed uit. En mij kwam het minder goed uit. In vergelijking met de lichtgewichten daal ik veel sneller en efficiënter af. Tijdens de hele week kwam ik natuurlijk niet één keer in aanmerking om op een Strava-segment een goede tijd neer te zetten. Behalve dan in de lange afdaling van de Mont-Cenis naar Susa (de afdaling uit rit 4 van 25km). Daar had ik aanvanklijk de 10de tijd op meer dan 150, zonder significant te moeten bijtrappen.

Hoedanook, twee grote peletonnen moesten samensmelten aan de voet van de Col de Cayolle, vlak voor de tijdopname. Niet iedereen kon namelijk gehuisvest worden in Pra Loup. Een groot aantal renners had zijn slaapplaats in Sauze of in Barcelonnette. De groep uit Pra Loup liet wat op zich wachten. In de kou was dat geen pretje. En dus was het met koude benen beginnen aan 25 kilometer klimmen. Van 1200m naar 2300m hoogte. Aanvankelijk rijd je langs een klein riviertje door een gorge. Vervolgens wordt de vallei wat breder, steek je het riviertje over, een paar haarspeldbochten en je bent boven de boomgrens. Terug dezelfde landschappen als op de Iseran of op weg naar de Bonnette. Het eerste stuk van de col is niet zo steil en er werd fameus doorgevlamd. Eventjes ben ik met een aantal snellere rijders meegereden. Op de minder steil stukken durf ik aanklampen omdat je dan tenminste toch een beetje profijt kunt halen uit het feit dat je uit de wind gezet wordt. Na een paar minuten leek het me wijselijker om de hartslag te laten zakken van 150 naar de vooropgestelde 140. Met 260 watt tegen hartslag 140 was ik uiteindelijk wel tevreden over mijn beklimming, ook al bleef ik onder een VAM van 800m/h. Vlak voor de col was een grote zwarte hond een schapenkarkas aan het oppeuzelen. De wolven zouden in deze streek bruin zijn.

De geneutraliseerde afdaling had een redelijk goed wegdek. Het gaf ons de mogelijkheid om te genieten van de omgeving. Het is hier dat de Var ontspringt. De Var die naast het vliegveld van Nice in de zee uitmondt. Her en der deelnemers die stopten om foto's te nemen. Vanaf Saint-Martin-d'Entraunes werd de neutralisatie opgehoffen en was het terug actie. De bedding van de Var wordt alsmaar breder en het was het moment om wat achterstand op lichtgewichtjes goed te maken. In Guillaumes was het gedaan met de pret en mochten we uit de dorre valei van de Var opnieuw klimmen naar een skistation. De beklimming naar Valberg slingert zich over 12km aan 7% omhoog. Een groot stuk fietste ik in het gezelschap van een Canadese die erop stond op haar grote plateau naar boven te rijden. OK, ze woog maar 47kg of zo, maar toch... Ze taterde er ietsje teveel op los en het leek me wijselijker om haar dan maar achter te laten. Vlak voor de top haalde ze me weer in en zag ik haar niet meer terug. Valberg heeft wel charmes en het zou er tijdens de zomer best wel aangenaam vertoeven kunnen zijn. Na de drukte van het centrum - waar we eigenlijk best wat faciliteiten kregen onder de vorm van politie-agenten en seingevers die onze een vrije doorgang verleenden - volgde een geleidelijke afdaling naar het miniscule Beuil. Het jaar voordien waren we daar met een grote Fartlek delegatie doorheen gereden, komend van de Col de Couillole en verder rijdend naar de Gorges de Cians. Nog verleden jaar reed de Haute Route doorheen die prachtige gorges en was er een dode te betreuren. Een gast van een jaar of 40. Toch riscant, dat fietsen in de bergen.

Maar dit keer ging het dus in omgekeerde richting: een flauwe beklimming van Beuil naar de Couillole en toen volgde niet de leukste maar misschien wel de mooiste (en gevaarlijkste) afdaling met smalle wegen, slecht wegdek, muurtjes van 40cm waarachter een gapende diepte van een paar 100m lag, rode rotswanden (neen, niet van het bloed) en smalle tunneltjes waaruit opeens mobilhomes reden... Volledig begrijpelijk dat de tijdsopname voor deze afdaling gestopt was. In één van de bochten zwiepte mijn achterwiel volledig weg. Bizar dat ik geen grote spike in mijn hartslag terugvind in die afdaling. Na ongeveer 16km afdalen volgde het stuk dat mij wat schrik inboezemde. 25km Aan gemiddeld 2%. En dat kruipt in de kleren. Her en der stukjes aan 3-4% en daar moet je fameus uit je pijp komen om te kunnen aanpikken bij de betere rouleurs. En die waren er dus ook, ginder in de bergen. Natuurlijk ook wat profiteurs die komedie aan het spelen waren. Na dat lang vals plat (stroomopwaarts de vallei van de Tinée, zijrivier van de Var, die in de buurt van de Bonnette ontspringt) begint de uiteindelijke beklimming naar Auron. Daar was het tijd om de rest van het groepje te laten gaan en op eigen tempo de finale klim van 8km aan te vatten. Een klim die sterk lijkt op die naar Pra Loup, overigens. Het vet was hier volledig van de soep.

Op eigen tempo over de meet gebold. 6 uur in het zadel. Opnieuw hartslag van ongeveer 127, aan 75% intensiteit. Lijkt een goed getal. Een TSS van ongeveer 340 is behoorlijk veel, maar de fatigue liet zich maar beperkt voelen, ook al zou ik volgens de literatuur compleet kapot moeten zitten.

Wednesday 28 August 2013

Haute Route, dag 5: Cîme de Bonnette (tijdrit)



De voorgaande dagen was het opstaan tussen 4u45 en 6u. Met mijn redelijke plaats in het algemeen klassement had ik mij verzekerd van een start rond 11u in de tijdrit van vandaag. Dat beetje uitslapen was mooi meegenomen. De overnachting in het internaat in Barcelonnette viel best mee. Zelfs de bedden waren al gedekt. Voor de gelegenheid was een sympathieke Brit mijn kamergenoot. Daags voordien had ik hem nog net geklopt op de streep in Pra Loup, maar in de rit was hij voor mij gerangschikt omdat hij na mij over de eerste tijdsopnamemat gereden was.

Op het gemak kunnen ontbijten en dan met een paar sympathieke gasten 8 km gecruiset naar Jausiers waar de start van de tijdrit lag. Heel rustig gereden maar geprobeerd aan een hoge kadans te rijden en een paar keer naar grootste versnelling geschakeld en alles gegeven gedurende een seconde of 20. Kwestie van eventjes een hogere hartslag te provoceren. De organisatie van een tijdrit met ongeveer 500 renners is niet vanzelfsprekend. Er was 20" tussen de opeenvolgende starters in de omgekeerde volgorde van het klassement.

Op het programma stond dus de beklimming van de Cîme de Bonnette. Een paar weken voordien had ik die al eens uitgeprobeerd. Een flinke brok. Qua inspanning vergelijkbaar met de Ventoux, zij het minder steil en minder zuurstof. Bij mijn eerste poging had ik mij een tijd van 1u45 vooropgesteld aan hartslag 150. Dat was net niet gelukt. Door nogal veel wind tegen was ongeveer 260 watt onvoldoende om binnen het uur en driekwart de ongeveer 22km en 1500hms af te leggen. Het is trouwens een hele mooie klim met redelijk wat variatie en een fameuze verrassing op het eind. En goed bollende tarmac, en plus.

Met het oog op de volgende dagen wou ik andermaal niet aan meer dan 140 bpm rijden. Tijdens de rit werd ik al gauw door een aantal na mij gestarte renners ingehaald. Niet verwonderlijk dat ik in een zuivere klimrit plaatsen zou verliezen. Ze deden maar... Daarenboven waren de mensen die na mij gestart waren sowieso al beter geklasseerd. Het lukte vrij makkelijk om tijdens de rit mijn hartslag en vermogen constant te houden, ondanks het feit dat het grootste deel van de rit boven de 2000m moest afgelegd worden. HR_avg=141 bpm, PWR_avg=245 Watt. Da's op de wip tussen endurance en tempo. Bij de vorige poging lag het vermogen 20 watt en de hartslag 10bpm hoger (http://www.strava.com/activities/72881885#z2067|4721). Tot mijn grote verwondering was mijn tijd deze keer toch beter dan vorige keer. Net onder het uur en driekwart. Zal de wind geweest zijn.

De laatste 500m zijn overigens opeens een pak steiler. Tegen de 13%. Daar val je echt stil. Explosiviteit heb je op die hoogte niet meer. Het was best wel fijn ginderboven om de andere renners te zien binnenkomen. Een aantal hadden zich letterlijk het snot uit het lijf gereden. Da's er een beetje over. Terence raadt altijd aan om als fietser een propere zakdoek bij te hebben. Nu begrijp ik het beter.

Op de terugweg kruiste ik de uiteindelijke winnaar, Peter Pouly. Toch even erop wijzen dat ik voor hem boven was. Naar verluidt was hij een beetje ontgoocheld dat hij er niet in geslaagd was om onder het uur te blijven. Het werd 1u05. Mja... Da's een andere sport, denk ik.

23km afdalen aan 6% is pure fun. Alleen al daarom zou je de Bonnette moeten oprijden.

Sunday 25 August 2013

Haute Route, dag 4: Serre Chevalier - Pra Loup via Col de l'Izoard en Col de Vars.



Serre Chevalier is misschien gekend als ski-station, maar een stad of dorp is het eigenlijk niet. Het stuk vallei tussen Briançon en de Col de Lautaret is een aaneenschakeling van dorpjes en samen vormen die Serre Chevalier. Net zoals Heuvelland in West-Vlaanderen ook geen stad of een dorp is. Duidelijk? Wellicht niet, maar daar draait het hier niet om. De overnachting in de gite in Guibertes was een beetje.... vreemd. En niet in het minst door de bizarre gastheer en -vrouw. Andermaal op een ontiegelijk vroeg uur moeten opstaan om tegen 7u aan de startlijn te staan.

Het eerste tiental kilometer werd aan een slakkengang en in konvooi afgelegd tot in Briançon. Temperatuur moet iets van 6 graden geweest zijn, maar gezien het merendeel van de dag in zomerse omstandigheden zou plaats vinden, moest er een vestimentair compromis gevonden worden. En natuurlijk houd je geen rekening met 30 minuten aan een slakkengang rijden in winterse omstandigheden. Volledig onderkoeld dan maar begonnen aan de feitelijke rit aan de voet van de Col de L'Izoard. Aangezien mijn positie bij de start daarenboven nogal vooraan het pak was, werd ik letterlijk door bijna honderden andere fietsers voorbijgereden. De Izoard is een mooie beklimming, maar daar had ik niet zoveel oog voor. Opnieuw redelijk steil, maar toch nog tamelijk regelmatig. In het eerste stuk even een vlakkere strook. Het klopt dus niet dat de hellingsgraden in de Alpen doorgaans 6-7% zijn. Misschien over de volledige lengte, maar de meeste hebben toch altijd wel een aantal langere stroken aan 8% of meer. Bovenop de Izoard lag ik dus al fameus achter. Wattage leek nochtans mee te vallen, maar de hartslag bleef redelijk laag (ongeveer 254 Watt aan hartslag 131 gedurende bijna anderhalf uur). Rustig de tijd genomen om een beetje extra krachten op te doen en dan in een razende vaart naar beneden. Die razende vaart neemt niet weg dat je tot rust kunt komen. Dat lijkt niet altijd bij iedereen te lukken, maar als je tot onder de 60 zakt moet je toch op je gemak zijn, me dunkt. Eerlijkheidshalve toch ook toegeven dat mijn snelheid altijd binnen de perken blijft. Zelden ga ik boven de 70. Anderen gaan hier gemakkelijk tot 80 of 85. Dat hoeft nu ook weer niet.

In de vallei en de indrukwekkende Gorges van Guillestres was het dan toch eens mogelijk om zich uit te leven. Vals plat berg af en een groot aantal klimmertjes kon opgeraapt worden. Net als bij de rattenvanger van Hameln vormde er zich een steeds groter wordend peloton tot aan de voet van de Col de Vars. Tot mijn verwondering waren er een groot aantal die daar achterop bleven. Misschien toch een beetje overschat in de klim van de Col de L'Izoard? Het begin van de beklimming van de Col de Vars is mooier dan het tweede deel. Dan kom je immers in het Blankenberge van de Franse Alpen terecht. Behoorlijk druk, maar daar maak je je beter niet druk om. Eénmaal voorbij de grootste deelgemeente van Vars (een aaneenschakeling van verschillende kleine agglomeraties met de grootste als laatste) volgt een meer verlaten en minder steil stuk van een paar kilometer. Deze klim leidt ook tot een groot stuk boven de 2000 meter. Zou het daardoor komen dat de hartslag naar het einde toe stijgt en het geleverde vermogen daalt? Of gewoon vermoeidheid na een uur bijna non-stop klimmen?

Boven aan de Col de Vars nauwelijks gestopt aan de bevoorrading en andermaal in vlammende vaart naar beneden. Groter kan het contrast niet zijn dan tussen de klim en de afdaling. De afdaling was behoorlijk rustig. Net zoals het contrast tussen de dijk van Bl'berge en de duinen tussen Bl'berge en Zeebrugge. Na de plezante afdaling kom je in de vallei van de Ubaye terecht. Daar vormde zich een groepje met zijn vieren. Een West-coast Amerikaan, een irritante Fin en een Brit op het einde van zijn Latijn. Wanneer ik met het universele fietsergebaar (met je wijsvinger de rand van een fictieve choco-pot proper maken) aangaf om te roteren zei de Amerikaan "Yeah, let's have some fun". Hij deed tenminste nog deftige beurten. De Brit was zo vriendelijk om te bedanken voor het reeds geleverde kopwerk, maar was ook zo correct om zich onmiddellijk te verontschuldigen voor het feit dat zijn beurten eerder kort zouden zijn. Aangezien de aflossingen van de Fin de snelheid direct met 4km/u deed zakken, besloot ik om na mijn volgende beurt direct in de tweede plaats in schuiven. Waarop de Fin mij aanmaande om achteraan te gaan inschuiven. De looser. Van dan af heb ik maar de rest van de vallei op kop gereden. Stom en dom (en toen daagde het mij dat dommerik en stommerik op "ik" eindigen). We passeerden o.a. Jausiers waar de start ligt voor de klimtijdrit van daags nadien. Met Barcelonnette in zicht leek het mij wijselijker om te temporiseren om op adem te komen voor de klim naar Pra Loup. De batterij van mijn boordcomputer was intussen leeggeraakt en dat was behoorlijk vervelend. Bizar dat je als fietser zo afhankelijk kunt worden van je Garmin. Dan maar op gevoel de berg naar Pra Loup opgereden. Daar werd ik weer door nogal wat fietsers ingehaald. Komt ervan als je teveel hebt zitten spelen in de vallei....

Thursday 22 August 2013

Haute Route, dag 3: Val d'Isère - Serre Chevalier via Col d'Iseran, Col du Mont Cenis en Col d'Echelles



Na twee zware ritten om 4u30 moeten opstaan is niet vanzelfsprekend. Koffers pakken en het eeuwige getwijfel: mouwstukken? Regenjas? Beenstukken? Welk onderhemd? Tijdens de briefing, daags voordien, werden we gewaarschuwd dat het koud zou zijn. 5u15: Ontbijt. 6u: Bus naar Val d'Isère (fietsen stonden er in een bewaakte garage). 7u: Startschot. Niksmendalle geneutraliseerde start, direct de Col de l'Iseran op (in de buurt van de bron van de Isère). Het was een graad of 5 en bij de klim van 1850 meter naar 2700 en een chic zakte de temperatuur nog een pak lager (volgens sommigen zou het er -2 geweest zijn. Zie http://www.strava.com/activities/76172000). De col kende ik al, maar dan enkel en alleen van wanneer er sneeuw lag. Met koude benen vertrekken en direct zware wattages trappen ligt me blijkbaar niet zo goed. Of toch minder goed dat nogal wat medefietsers. Met moeite ging mijn hartslag boven de 135. Uiteindelijk bleek mijn wattage in de buurt te liggen van de wattages van de dagen voordien, maar dan bij een lagere hartslag, ondanks het feit dat er boven de 2000 meter al gevoelig minder zuurstof in de lucht hangt. Hoedanook, ik had het gevoel dat er een hoop renners mij voorbijgereden waren in de klim. De vergezichten boven de boomgrens lijken mij altijd mooier (misschien omdat er minder bomen in de weg staan?). De afdaling van de Iseran richting Bonneval-sur-Arc was andermaal een kunstwerk om in te lijsten. Andermaal pure fun na het afzien in de klim (hoewel: als je 25-30 slagen onder je reguliere overslagpols rijdt, kun je moeilijk beweren dat je veel afziet).

Na Bonneval-sur-Arc een heerlijk afdalend vals plat waar ik terug een hoop tijd en plaatsen kon goedmaken. Natuurlijk was dat volledig in strijd met mijn aanvankelijk plan om te recupereren in de valleien en mijn krachten te sparen. De hartslag en het vermogen lag daar even hoog als in de klim naar de Iseran. Maar wat doet het deugd om vast te stellen dat je toch ergens goed in bent op de fiets: het twintigtal renners dat ik opgeraapt had, hadden zich allemaal in mijn wiel genesteld en aan de voet van de volgende klim waar ik snel duidelijk maakte dat ze nu maar zelf hun plan moesten trekken, konden er toch een hoop complimentjes af. "Thanks, big fella", "Great pull, big boy". Dat leert dat het merendeel Engelstalig was en dat de klimmers doorgaans een pak kleiner uitvallen dan ik.

In elk geval, de Col du Mont Cenis. Mooie vallei en een klim die deed denken aan de Col des Saisies: brede tweevaksbaan waardoor je geen goed zicht hebt op de hellingsgraad. Ook niet bijster tot de verbeelding sprekend. Totdat je in de buurt komt van het stuwmeer bovenaan. De col is eigenlijk een vallei van een kilometer of 4 die op en af gaat. Er stond een sterke wind die niet echt hielp. Vóór mij waren her en der groepjes renners te zien waar ik niet zomaar in 1, 2, 3 naar kon toerijden. Maar dat was buiten een motard gerekend. Die komt links van mij rijden (wind kwam van links) en zegt: "allez, viens. On va les attraper". Zonder veel overblijvende explosiviteit in de benen heb ik toch mijn kas moeten leegeten om een paar renners op te rapen (in de buurt van http://www.strava.com/activities/76501437#z9868|9968). Wat volgde was misschien de leukste afdaling die ik al gereden heb. Na het stuwmeer met aarden dam aan de Col du Mont Cenis ben je vrijwel direct in Italië. Na een paar ongemeen mooie haarspeldbochten ligt daar opeens biljartvlakke macadam. 20km op een roetsjbaan van 6 - 7%. Een aanrader. Omhoog rijden zou ik afraden. Maar deze afdaling moet je ooit eens gedaan hebben. Doe niet zoals die ene fietser die in een scherpe bocht onder de vangrail terecht gekomen was. Ambulances en heel de santeboetiek. Naar verluidt heeft ook deze gast de rit kunnen uitrijden. Aangezicht fameus toegetakeld een geen vlees meer op zijn knokels. Voorband (tube) was in die scherpe bocht van zijn (full-carbon) wiel gelopen...

Italië dus. Na die prachtige afdaling ben je in Susa. De Italianen moeten gedacht hebben dat er één of andere belangrijke koers voorbijkwam. Straten afgezet, carabinieri alom en juichende mensen langs de straten. Alle renners waren nog in winterkledij maar beneden in Susa voelde het aan alsof het 30° was. Tientallen renners stonden langs de kant zich half uit te kleden. Gelukkig slaagde ik erin om al fietsend mijn beenstukken, windjack en andere attributen uit te spelen. Dat heeft mij een hoop tijd bespaard. Wat volgde was een klim van 3de categorie of zo en vervolgens een oneindig lang lijkende vallei die als een vals plat omhoog liep. Na Susa was ik een sterke groep terechtgekomen van een stuk of 12 man. Maar die klim (6% of zo?) was te stijl voor mij om hen te kunnen volgen. Tant pis. Eventjes op eigen tempo die klim opgereden en dan werd ik vlak voor de top opgeraapt door een volgend groepje. Daar heb ik mij wel gespaard. Na een kilometer of 30 kwamen we aan de voet van de Col d'Echelles, vlak voor de grens met Frankrijk. Een minder gekende col die sterk deed denken aan een Vogezencol (vraag me niet waarom). Aan de voet van de Col d'Echelles gestopt aan de bevoorrading om wat krachten op te doen en wat uit te rusten. Daar zijn nogal wat mensen mij voorbijgereden. De klim zelf dan: prachtige haarspeldbochten, smal, weinig auto's, een paar gevaarlijk tunneltjes, een mini-stuwmeertje en boven een valleitje van een paar kilometer waar tientallen families gezellig zaten te picknicken. Op de top opnieuw een bevoorrading waar ik even een cola of drie gedronken heb. Aan de overkant van de col een volledig ander uitzicht: dor en open velden. Leuke afdaling met een goed wegdek. Andermaal. Het eerste stuk van die afdaling een paar man kunnen oprapen en dan een vals plat dat afdaalt naar Briançon. Opnieuw kon ik mijn kwaliteiten van barroudeur bovenhalen en een half regiment fietsers oprapen. Het was in dit stuk (in een aflopende vallei dus) dat ik de zwaarste inspanning van de dag leverde. De straten van Briançon waren in slechte staat (was meer een Paris-Roubaix), maar dat deerde mij minder dan de rest. De laatste kilometers waren en plus ferm wind tegen. Niemand maakte aanstalten om over te nemen. Ik rijd niet echt voor het klassement en dat deerde mij dus aanvankelijk niet. Ik wou de ouderdomsdeken van de Haute Route (een pluimgewicht van 70 jaar) eigenlijk laten voorgaan omdat die zo sympathiek was, maar toen maakte ik mij de bedenking dat er wellicht één of andere pipo zou zitten tussen het dozijn nog overblijvende wieltjeszuigers. Op een kilometer van de streep ben ik dan maar van op kop aangegaan en de rest een tiental seconden aangesmeerd. Plezant...

Gemiddelde hartslag 131, snelheid net geen 26km/u en Normalized Power ongeveer 244 Watt. Zelfs Johnny Hoogerland zou er blij mee geweest zijn.

Wednesday 21 August 2013

Haute Roue, dag 2: Megève - Val d'Isère



Zowaar een internetverbinding gevonden!

Megève is een nogal mondain aandoend Frans bergdorpje/skistation dat zelfs in de zomer lijkt te leven. Denk aan een soort Courchevel waar de Russen door Abu Dhabiërs vervangen zijn. De start werd gegeven om 7u en de eerste afdaling werd geneutraliseerd. Aan het begin van de eerste klim - Col des Saisies - lag een mat waar je feitelijke starttijd vastgelegd werd. Op die manier werd je niet gepenaliseerd omdat je door de grootte van het peleton pas 3' na de eerste kon starten. Er zijn een 500-tal renners.

De organisatie heeft een dertigtal masseurs voorzien zodat bijna iedereen dagelijks een massage kan krijgen. En dat voel je toch, ook al duurt een sessie maar 15'. Doorgaans zijn de benen daags na een serieuze stram, stijf en moe. Dankzij het werk van de kiné's is dat tot nu toe véél minder het geval, ook al kan elke rit hier de vergelijking met een Tilff - Bastogne - Tilff of L-B-L aan (toegegeven, het tempo waarop je deze ritten aflegt ligt wat lager).

Bon, vanuit Megève dus in konvooi de berg af om vervolgens de Col de Saisies op te rijden. Niet echt een mooie klim (eerder een expressweg) in de richting die wij genomen hadden, maar voldoende om serieus in de kleren te kruipen. De afdaling was dan weer wel beeldschoon over een veel smaller baantje (slecht wegdek), doorheen Hauteluce. Vrij vlug was het dan de beurt aan de Cormet de Roselend, gekend van de TdF.

De organisatie heeft héél veel werk verricht om de renners aan alle kruispunten een veilige en vrije doorgang te bezorgen. Een dertigtal motards een misschien een honderdtal vrijwilligers per rit met borden om het verkeer tegen te houden.

Terug naar de Cormet. Die begon vrij brutaal met serieuze percentages in een woeste vallei. Deed me sterk denken aan de Col de Turini vanuit Sospel: hoge vertikale rotswanden en veel bomen. Naar de top toe verschijnen dan meer alpenweiden met koeien en idyllische boerderijen. Opnieuw een leuke afdaling totdat er na een haarspeldbocht een ambulance staat met signaalgevers die ons aanmanen om te vertragen. Nog een glimps kunnen zien van de ambulanciers die met een brancard een fietser van tussen de bomen proberen te halen. Naar verluidt is die er nog zonder teveel kleerscheuren uitgekomen...

Uiteindelijk kom je na die afdaling in Bourg-Saint-Maurice terecht, het knooppunt in de vallei van zowel Les Arcs, La Plagne als - verderop - Tignes en Val d'Isère. Door het centrum, vervolgens langs Villaroger naar Sainte Foy en langs de stuwdam aan het meer onder Tignes (Les Bevières) langs Les Boisses naar Val d'Isère. Door wegenwerken lag de finale tijdsopname Vlak voor het stuwmeer. De laatste 7 km naar Val d'Isère waren dus een beetje voor de show.

Andermaal een dag met de mooiste landschappen die je je kunt inbeelden, perfecte fietsomstandigheden, redelijk goede benen, een fantastische organisatie,... Als ik het goed voorheb was ik deze keer iets van 175ste. Een mooie verbetering tegen dag 1. Maar het klassement is maar bijzaak...

Monday 19 August 2013

Haute Route, dag 1: Genève - Megève



Voilà: netwerk gevonden, 10' voor het vertrek naar rit 2. Basic accomodation package is wel heel erg basic. De eerste nacht overnacht in een atoomschuilkelder. Het had wel iets. Maar een kniesoor die daarover maalt.

De eerst wedstrijddag dan maar. Wekker om 5 uur, ontbijt aan het meer van Genève in de duisternis. Matig (kwalitatief), maar voldoende (quantitatief). In blokken van ongeveer 100 werd de start gegeven. De eerste 25km waren geneutraliseerd. Vervolgens stonden de col d'Encrenaz en de Col de Joux Plane op het programma met finish in Megève.

Een groot deel van de wegen had ik al 's winters met de auto gedaan op weg naar Avoriaz of Morzine. Niet alleen de cols maar ook sommige valleien waren adembenemend (vooral in de buurt van Sallanches).

Het voornemen was om rond hartslag 140 de cols op te rijden en iedereen die het wou te laten voorgaan. Tegelijkertijd bestond het plan er ook uit om in de vallei geen trap te geven. Dat laatste is niet gelukt. Bij momenten was de hartslag in de vallei (na Tanninges) hoger dan in de beklimmingen in pogingen om een groepje te bereiken. Een groepje dat uiteindelijk niet veel voorstelde.

Nog niet echt het resultaat kunnen bekijken, maar ik zou rond de helft zitten. Stemt me tevreden. Gemiddelde hartslag zou zo rond de 128 zitten en Normalized Power rond de 240. TSS ongeveer 325. Da's nog altijd een beetje teveel naar mijn goesting. En nu, op naar de start van dag 2!

Saturday 17 August 2013

Haute Route, proloog

Terwijl een aantal Fartlekkers zich opmaken om morgen de Géant des Ardennes af te leggen, een korte vooruitblik op de Haute Route.  Zeven dagen, 21 000 hoogtemeters en ruim 800 km. Startplaats Genève, arrivé Nice. 19 Alpencols.

Ongeveer 7500 km in de benen, een paar kilo te veel en sinds kort een nieuwe Cervélo R3. De vlot verlopen AeC van 8 weken geleden was een goede general repetition, maar dat neemt niet weg dat er een beetje zenuwachtigheid de kop op steekt.  Meer hoogtemeters, veeeel langere klims, hoe zal het weer zijn, geraakt de bagage ter plaatse?  En belangrijk: geraak ik op tijd binnen?  Zal die 12-27 cassette genoeg zijn?  Zal de recuperatie lukken?

Bon, ik hoop telkens een stijgsnelheid van 800m/u te halen en binnen de tijdlimiet binnen te geraken...  That's it.


Deelnemer 195: that's me!